Over die keer dat ik als klein manneke patatten moest helpen rapen op een veld van mijn grootouders, en dat ik geen goesting meer had en dat mijn peter zaliger toen zei
“allez jong, doet es voetsj, ik heb der hier al ne zak vol en gij nog ni!”
en dat ik antwoordde
“jamaar peter, dat is niet eerlijk, uw armen zijn veel langer dan de mijne”.
Ja, veel meer dan dat valt daar niet over te zeggen hoor, behalve dan dat we die anecdote meerdere malen per jaar naar boven halen.