’t Was vandaag feest in’t Koninklijk Museum voor Midden Afrika, want het vierde zijn honderdste verjaardag (hip hip hoera \o/). Gratis inkom, veel volk, een fanfare, een djembé-cursus en nog wat meer lame fancy stuff.
De expositie over de Congo-stroom vond ik maar zozo, veel te veel gericht op kinderen en niet mee met z’n tijd. Bring on the iPads and Microsoft Surface’s!
De expositie over 50 jaar onafhankelijk Congo was ook maar magerkes, al moet ik toegeven dat ik halverwege gevlucht ben omdat ik het op mijn heupen kreeg van een zichzelf tegenwerkende groep. Twee stromen die elkaar willen kruisen, oude mensen die blijven staan en niemand die voorbij kan. Zouden het allemaal ambtenaren-op-rust geweest zijn? I don’t think so. Anyway, ik had ganser documentaires en verhalen verwacht over die onafhankelijkheid, en ik kan me niet inbeelden dat dat in twee zalen verteld zou zijn. Misschien is het aangewezen om nog eens terug te keren als er minder volk is…
Oh ja, de avenue naar het museum is wel férm de max! Ik wou dat gans België zo’n straten had!
Ik dacht wat hippe foto’s te schieten, maar helaas bleek zowel de batterij als de reserve-batterij zo plat als een doodgereden egeltje te zijn (lees: bijna helemaal plat). Of er iets deftig op de Blackberry staat, valt nog te bezien.
Wat de zelfreflectie en momenten van inkeer betreft: let’s play for a few more weeks, then get back into control.